Dit is een net wat ander artikel dan dat je misschien van ons gewend bent. Dit artikel is speciaal voor collega-zorgverleners zoals huisartsen, praktijkondersteuners, diëtisten en verpleegkundig specialisten die in hun dagelijks werk leefstijl met patiënten bespreken.
Het geldt daarnaast als aanvulling en verdieping van het zakkaartje “leefstijl in de spreekkamer” dat we maakten samen met Martine Kelder van Arts en Visuals.
We gaan twee verschillende vragen bespreken:
- Hoe maak je ruimte voor een leefstijlgesprek in jouw overvolle spreekuur met beperkte tijd voor een consult?
- Hoe kan je patiënten stimuleren om hun leefstijl te veranderen?
In een apart artikel bespreken we daarnaast concrete leefstijl tips voor patiënten (binnenkort beschikbaar). Welke veranderingen in leefstijl zorgen nu echt bewezen voor een verbetering in gezondheid? Dat artikel (en bijgaand tweede zakkaartje) kan je ook meegeven aan patiënten om aan de slag te gaan met hun leefstijl.
Wil je hier vervolgens nog meer over leren? We bieden ook een lezing over leefstijl in de spreekkamer voor zorgverleners. Daarnaast is er een geaccrediteerde e-learning in de maak.
Allereerst: kies je eigen manier
Dit artikel biedt enkele ideeën en handvatten waarmee jij direct aan de slag kan in de spreekkamer, maar er is niet één gouden weg. Zie dit dus vooral als een lijst van suggesties en kies wat bij jou past.
Deel 1. De praktische implementatie van leefstijl in de spreekkamer
Hoe begin ik een leefstijlgesprek?
Er zijn allerlei bezwaren te bedenken om leefstijl niet te bespreken in het consult: geen tijd, ongemotiveerde patiënt et cetera.
Je bent als huisarts of praktijkondersteuner inderdaad geen leefstijlcoach en er is inderdaad geen ruimte voor intensieve begeleiding. Maar toch zijn er bepaalde manieren om toch ruimte te maken voor een leefstijlgesprek:
Enkele tips om tijd te maken voor leefstijl in de spreekkamer:
- Signaleer wanneer er ruimte is voor een leefstijlgesprek. Noemt een patiënt zelf iets (of hint hij/zij naar een probleem in de leefstijl), dan is dat een mooie opening om op in te gaan.
- Sluit aan bij de klacht en hulpvraag van de patiënt. Leefstijl is bijna altijd een behandeloptie in de eerstelijns zorg. Dat betekent niet dat alles behandeld moet worden met leefstijl, maar wel dat leefstijlbegeleiding een onderdeel kan zijn van de behandeling. Denk bijvoorbeeld aan overgewicht bij knieklachten of alcoholgebruik bij buikklachten.
- Vraag om toestemming. Op het moment dat je om toestemming vraagt (en de patiënt deze ook geeft) dan voelt het minder opdringerig en zullen patiënten meestal openhartiger en eerlijker zijn. Geven ze geen toestemming? Ook prima, dan heb je mogelijk wel een klein zaadje gepland voor een volgende keer.
- Laat mensen nadenken over leefstijl tijdens jouw administratie. Stel dat je aanvullend onderzoek of een verwijzing moet regelen, wat laat je de patiënt dan doen? Laat hem of haar eens nadenken over leefstijl. Is er iets wat de patiënt zou willen veranderen aan zijn/haar leefstijl?
- Gebruik hiervoor tools. Voorbeelden zijn het leefstijlroer, leefstijlcheck of check oorzaken overgewicht.
Hoe geef ik het leefstijlgesprek een vervolg?
Als je eenmaal een opening hebt voor een gesprek over leefstijl dan heb je alvast een mooie start. Maar hoe zorg je er nu voor dat er echt ruimte is voor een uitgebreid(er) gesprek?
Hierbij enkele tips:
- Verdeel het over meerdere consulten. Patiënten komen zelden met specifieke vragen over leefstijl. Heb je bij het eerste consult een opening gevonden? Vraag dan of je er bij een volgend consult op terug mag komen. Plan eventueel een apart consult in om de leefstijl te bespreken.
- Noteer het in het EPD. Hierdoor kan je er in een volgend consult gemakkelijker op terugkomen.
- Kleine stapjes. Kleine veranderingen zijn makkelijker voor zowel patiënt als zorgverlener. Probeer het overzichtelijk te houden.
- Werk samen. De huisarts kan signaleren, maar heeft geen ruimte om de patiënt intensief in leefstijl te begeleiden. Werk daarom laagdrempelig samen met bijvoorbeeld de POH-somatiek, POH-GGZ, fysiotherapeut, diëtist en leefstijlcoaches.
Deel 2. Hoe zorg je voor verandering in leefstijl?
In dit artikel bieden we een stappenplan voor gedragsverandering in het algemeen. Dit kan perfect gebruikt worden voor een uitgebreid leefstijlgesprek met patiënten. En nogmaals: het is geen gouden regel om het op deze manier aan te pakken. Laat het dus vooral inspiratie zijn voor jouw volgende leefstijlgesprek.
Het stappenplan bestaat uit vijf onderdelen:
- Bewustwording en kennis
- Motivatie
- Doel stellen
- Effectiviteit
- Volhouden
Stap 1: bewustwording en kennis
Zonder kennis zal er geen verandering plaatsvinden. Veel mensen weten echt wel dat roken en overgewicht niet gezond zijn, maar toch overschatten we vaak de kennis van onze patiënten. Mensen zijn zich lang niet altijd bewust van wat gezonde voeding is. Ook weten mensen vaak helemaal niet hoeveel ze ongeveer moeten bewegen voor een goede gezondheid.
Enkele tips om dit te bespreken:
- Inventariseer wat de patiënt weet over het verband tussen leefstijl en gezondheid. Stel dat iemand minder alcohol wilt drinken, vraag dan eens wat de reden hiervoor is. Welke gezondheidsnadelen denkt hij/zij dat er gepaard gaan met alcoholgebruik?
- Geef betrouwbare aanvullende informatie. Wijs patiënten erop dat het stoppen met een slechte leefstijlgewoonte nog veel meer winst oplevert dan hij/zij denkt. Bijvoorbeeld dat stoppen met alcohol ook zorgt voor een lager risico op dementie en overgewicht.
- Geef betrouwbare bronnen mee die de patiënt thuis na kan lezen. Bijvoorbeeld thuisarts, arts en leefstijl en uiteraard Medicus Online.
Stap 2: Motivatie
Als er eenmaal bewustwording is, is het belangrijk om de motivatie te achterhalen en hierop aan te sluiten.
Tips om de motivatie te achterhalen en dit te bespreken:
- Waar wil iemand precies verandering in aanbrengen? Als jij als zorgverlener vindt dat iemand af moet vallen met gezonde voeding en dit probeert op te leggen dan werkt dat hoogstwaarschijnlijk niet. Als patiënt daarentegen zelf gemotiveerd is om meer te gaan bewegen dan is dat een mooie eerste stap en kan dit op de lange termijn ook bijdragen aan gewichtsverlies.
- Wie wil de patiënt zijn? En waarom? Laat mensen eigen argumenten opstellen waarom ze verandering in hun leefstijl aan willen brengen.
- Wat is het doel achter het doel? Het is vaak veel krachtiger om een verandering aan leefstijl te koppelen aan een groter achterliggend doel. Bijvoorbeeld dat iemand meer wil gaan sporten, om fitter te worden zodat hij/zij weer met de kleinkinderen kan voetballen.
- Wat zijn de concrete voordelen op korte- én lange termijn? Als je een doel op de lange termijn hebt, is dat natuurlijk een mooie stip op de horizon. Maar het is enorm lastig om als mens alleen maar te blijven focussen op de voordelen over tien jaar. Stel dat iemand wil stoppen met roken: op de lange termijn heb je minder risico op longproblemen en hart- en vaatziekten. Maar wat levert het de patiënt over een maand al op? (voorbeelden: betere conditie, verbeterde smaak etc.).
Stap 3: Doel stellen
Als je de motivatie van een patiënt duidelijk hebt, is het essentieel om de doelen hierop aan te laten sluiten. Als jij als zorgverlener doelen opstelt voor een patiënt waar hij/zij totaal niet voor gemotiveerd is, dan is dat garantie tot falen.
Handvatten om samen met een patiënt doelen te stellen:
- Sluit aan bij de motivatie. Waar wil de patiënt zelf verandering in aanbrengen?
- Maak het doel concreet. Vage doelen werken niet. Komen die schoolse SMART-doelen toch weer van pas…
- Haalbaar en uitdagend. Een lastige balans. Een doel moet een mooie balans zijn tussen haalbaar, maar toch uitdagend. Is iets onmogelijk dan zal iemand al snel gedemotiveerd raken. Is het niet uitdagend genoeg, dan raakt iemand snel verveeld en leidt dat ook tot demotivatie.
- Formuleer het doel positief. Uit onderzoek blijkt dat positief geformuleerde doelen beter werken dan negatief geformuleerde doelen. Dus niet: “ik ga stoppen met bier drinken”, maar “ik vervang bier voor de alcoholvrije variant”.
Stap 4: effectiviteit
De effectiviteit van gedragsverandering is niet alleen afhankelijk van de kwaliteit, maar ook van acceptatie door de patiënt. Dit is de wet van Maier:
E = K x A.
Oftewel: Effectiviteit is kwaliteit x acceptatie
Stel dat iemand zijn risico op hart- en vaatziekten wil verlagen:
- Stoppen met roken verlaagt dit risico aanzienlijk. Maar als een patiënt dit niet accepteert, dan is het slagingskans en dus de effectiviteit maar minimaal.
- Elke dag een wandeling van 15 minuten maken draagt op zichzelf mogelijk minder bij dan stoppen met roken. Maar als iemand hiervoor enorm gemotiveerd is en het gemakkelijk vol kan houden dan kan het alsnog enorm effectief zijn op de lange termijn.
Enkele tips om effectiviteit te vergroten:
- Maak het doel klein en makkelijk. Bijvoorbeeld met de 2-minutenregel. Zorg ervoor dat een verandering in leefstijl maar 2 minuten van iemands tijd vergt. Bijvoorbeeld door 2 minuten per dag squats of push ups te doen; in plaats van iemand gelijk 5x per week naar de sportschool te laten gaan.
- Maak het bevredigend. Ga samen met de patiënt op zoek naar gezonde beloningen voor een verandering in leefstijl. Zo kan het geld dat bespaart wordt door te stoppen met roken of alcohol drinken gespaard worden om iets leuks mee te doen.
- Accepteer dat het lang duurt. Dat vermindert teleurstelling en bereidt mensen voor op de lange adem die nodig is voor duurzame leefstijlverandering.
Stap 5: Volhouden
Zoals ik net al meerdere keren aangaf: verandering in leefstijl en de bijkomende gezondheidsvoordelen duren lang. Vaak moet je patiënt korte termijn beloningen opzij zetten om op de lange termijn beloond te worden. Dit is enorm lastig en er zal bijna altijd sprake zijn van terugval in oude gewoontes. Dat is niet erg zolang je hier van tevoren rekening mee houdt en alvast een vangnet inbouwt om ervoor te zorgen dat je patiënt na zo’n terugval weer opstaat en verder gaat waar hij/zij gebleven was.
Tips om gedragsverandering vol te houden:
- Kies voor kleine veranderingen. Kleine stapjes kunnen op de lange termijn grote effecten hebben maar zorgen er tegelijkertijd voor dat de verandering makkelijker vol te houden is.
- Ga op zoek naar de trigger. Wat lokt ongewenst gedrag uit? Kan die trigger vermeden worden?
- Koppel de gewoonte aan een andere gewoonte. Bijvoorbeeld: balansoefeningen op één been tijdens het tandenpoetsen.
- Koppel het aan identiteit. Als een patiënt zichzelf ziet als een “sporter” en niet als “roker” dan is de kans dat hij/zij meer beweegt en niet rookt groter dan wanneer hij zichzelf ziet als een “ex-roker”.
- Verander de omgeving. Zorg er bijvoorbeeld voor dat fruit in het zicht staat en ongezonde voeding überhaupt niet in huis te vinden is.
- Zoek een buddy. Samen is een verandering in leefstijl veel gemakkelijker vol te houden.
- Maak gebruik van hulpmiddelen of apps.
- Houdt rekening met tegenslagen. Maak een plan om hiermee om te gaan.
Conclusie
We zijn als zorgverleners snel geneigd om te denken dat het bespreken van leefstijl niet nuttig is. Het lijkt soms vrijwel onmogelijk om patiënten te motiveren om gezonder te leven. Ondanks dat dit in sommige gevallen misschien waar is, is dit in mijn ogen veel te pessimistisch gedacht. Vaak is het niet de persoon maar de aanpak die het probleem is.
Leefstijl is voor een groot deel gedrag. Dit artikel biedt praktische handvatten voor implementatie van het leefstijlgesprek in jouw dagelijkse consultvoering. Gebruik het vooral als leidraad.
Interesse in het digitale zakkaartje dat bovenaan deze pagina staat? Mail ons gerust op info@medicusonline.nl.